A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Speelplaats


  Bruiloftje spelen

 Deze generatie lijkt op kinderen die op het marktplein zitten en elkaar toeroepen::We  hebben danswijsjes voor  jullie  op de fluit gespeeld, maar jullie hebben niet gedanst . We  hebben  treurliedjes gezongen, maar jullie hebben niet getreurd (Luc. 7:32).

 

De speelplaats op het marktplein is ook een Bijbelse plaats. Eigenlijk was er helemaal geen marktplein in de Galilese dorpjes.  De Griekse dorpen en steden, ja, die hadden een echte agora, een echt marktplein., Ze hadden vaak ook nog een staatsagora. De enige ruimte in een Galilees dorpje was vaak bij de bron.  Als moeder met de kruik op haar hoofd daar water ging putten, speelden haar  kinderen bij de bron. Of ze bleven ze daar wachten totdat de moeders klaar waren. Jezus heeft daar kinderen zonder twijfel ook vaak zien spelen. Jezus keek veel beter dan zijn leerlingen, niet omdat hij betere ogen had, maar omdat Hij altijd met zijn hart keek. Hij zag altijd als er gehandicapte mensen   aan de kant van de weg zaten. Zijn leerlingen waren die mensen al lang gepasseerd.  Vooral als ze op weg warren naar een van de feesten. Zo zag hij ook die kinderen spelen.

 

 

 

Jezus hield van kinderen

 

 

 

Hij moet vaak naar hen gekeken hebben. De Farizeeën hadden geen oog voor kinderen. De kinderen stonden met de vrouwen boven aan de lijst van mensen die  “de wet niet kenden”.Jezus gebruikt het beeld van spelende kinderen in de boodschap die Hij brengt.

Jezus noemt twee spelletjes die in zijn tijd erg geliefd waren. Bruiloftje spelen en begrafenisje spelen. Dat vind ik aangrijpend. God is een en al oog voor de spelletjes van kinderen want in Jezus verschijnt God zelf (in sandalen)  bij die bron.

 Twee spelletjes 

Twee spelletjes  noemt Johannes dus. Bij het bruiloftje spelen speelt de ene groep op de dansfluit en de andere groep kinderen danst. Bij het begrafenisje spelen zingt de ene groep  treurliedjes en de andere kinderen huilen zo luidruchtig  dat je je vingers in je oren stopt. Dat hadden ze natuurlijk afgekeken van de gehuurde klaagvrouwen. In deze spelletje imiteren de kinderen dus de ouderen. Het fluitspelen en reidansen hoorde vooral bij de jongens. Het treurliedjes  zingen en huilen hoorde meer bij de meisjes. Het zijn dus vier groepen. Twee groepen meisjes en twee groep jongens. De kinderen die uitgenodigd worden, zeggen allemaal :”Nee. hoor wij doen niet mee. We vind er niks an”.

Zo zijn ook vandaag de mensen zegt Jezus. Vooral de Schriftgeleerden.  Al worden ze nog zo vaak uitgenodigd, ze hebben geen zin. Die autodidact lokt hen niet. Het is maar een gewone  bouwvakker met pretenties.

 Wie nodigt hen uit? 

 

Johannes de Doper nodigde de schriftgleeerden uit in de woestijn

 

Door wie werden ze uitgenodigd? Eerst door Johannes de Doper en zij zeiden: Wat is dat een rare man hè? Hij eet geen brood en hij drinkt geen wijn. Daarna werden ze uitgenodigd door Jezus en zij zeiden toen weer: Wat een rare man: hij is een veelvraat en een dronkebroer.

 

Vooral de Schriftgeleerden 

 

Het waren vooral de Farizeeën die niets van Johannes of Jezus moesten hebben(Luc. 7:30). Zij lieten zich door Johannes beslist niet dopen. Zij hadden toch geen afwassing van de zonden nodig? Was die Johannes zelf niet een fanaticus? Het is toch te gek om los te lopen dat iemand maand in maand uit leeft op woestijnvoedsel. Zou hjij niet door een demon zijn bezeten? Wie eet er nou sprinkhanen? Zij vergaten echter dat Johannes niet vroeg dat zij ook sprinkhanen gingen eten, maar dat zij hun leven zouden veranderen. “Degene die komen zou” – zo werd de  Msssias genoemd die verwacht werd – was inderdaad in die Jezus gekomen en nu  werd het toch wel langzamerhand tijd zich te bekeren

 

Jezus afgewezen

 

 

En in beide gevallen wilden ze niet luisteren naar Jezus. Jezus viel uit de toon. Johannes en Jezus kregen de mensen niet mee. De mensen lieten hen maar praten. Johannes de Doper en Jezus nodigden beiden de mensen uit tot het Konninkrijk van God. Johannes riep de mensen op boete te doen en zich te laten dopen. Hij dronk geen wijn, maar hij werd voor gek verklaard. Jezus riep de mensen op tot de vreugde van het Godsrijk, en Hij  dronk wel maar werd ook voor gek verklaard.

 Conclusie

 

Jezus eindigt zijn toespraak met de woorden “En toch is de Wijsheid door al haar kinderen in het gelijk gesteld. Dat lijkt wel een cryptogram. Van  welke kinderen er ook sprake is, kinderen die uitnodigen, kinderen die meespelen of niet willen meespelen, de Wijsheid wordt door al haar kinderen in het gelijk gesteld.

Zoals kinderen elkaar verwijten maken over spelbederf, zo zijn de joodse leiders  onhandelbaar. Ze verwerpen Johannes vanwege diens ‘ascetische’  leven. Ze verachten hem evenzeer als de belastingpachters en zondaars. Maar welke houding door deze Schriftgeleerden  ook mag worden aangenomen, de mensen die zich zelf in hun schuld en verlorenheid  voor God hebben leren kennen en ‘wijze’ kinderen zijn geworden (en door de Wijsheid gevonden) zij erkennen de waarheid en juistheid van Johannes’ en Jezus’ woorden en werken.