A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Sprekede slang


Sprekende slang

Cobra:. de kop van dit beest werd afgebeeld op het hofd van  het faraobeeld  De staf van het Woord moest het opnemen tegen de toverstaf vande magie

Heeft de slang in het paradijs werkelijk gesproken? Gelooft u nog in het fabeltje van de sprekende slang? U zegt natuurlijk: een slang kan niet praten.  We moeten Genesis 3 lezen in de oosterse context. In Genesis 3 gaat inderdaad het over de sprekende slang. In het antieke oosten was de slang een heilig dier. De slang stond in verbinding met de onderwereld. De Bijbelse slang is de tegenvoeter van de Tora. Hij was een bode die regelrecht tegen de boodschap van de Tora inging. .

Slimste dier

Dat   met de slang in de Bijbel niet de slang uit de dierentuin  bedoeld is, blijkt hieruit dat  dat hij het slimste dier genoemd  wordt. Dat is de biologische slang zeker niet. In heel de Bijbel  ritselt de slang. In het laatste Bijbelboek wordt hij uitvergroot tot draak (0p.12) die de vrouw, =de kerk ,wil verslinden. Wij vinden de slang een gluiper een gladdekker, een  griezel. Maar voor Israël was hij de belichaming van de afgodendienst. Al in het paradijs beschikt dit dier over de macht van de taal. Wie heeft de macht over de taal? Overal kronkelt hij voort,slingert zich om zijn slachtoffer heen en spuwt vervolgens het venijn van zijn gif in de wonde van zijn snelle beet. Hij doodt met zijn taal. Wij liggen ook  onder het infuus van zijn giftig venijn. Hij suggereert dat de mens God niet nodig heeft en hij  zelf god is.

In het beeld van de sprekende slang heeft Satan beslag gelegd op het wonder van de taal.Hij vergiftigt Adam,Hij verleidt ook ons om geloof en kerk vaarwel te zeggen. Hij is de aartsvader van de leugen. Tegenover de macht van de slang staat de macht van het Woord. Waarom lezen we in Genesis niet over de sprekende koe of het sprekende paard? Omdat  de luisteraars van de Tora heel goed wisten dat in Egypte de slang een manifestatie was van de grote Tegenstander

Copnflict over srprekende slang

In 1926 brak er een groot conflict uit in een Protestantse kerk, toen de synode uitsprak dat de slang  in het paradijs zintuiglijk waarneembaar had gesproken.  Veel dominees geloofden toen al niet dat je dit zo moet opvatten. De synode wilde toen vasthouden aan het historisch karakter van de het boek Genesis. Dat is natuurlijk wel uitstekend, maar dat wil nog niet zeggen, dat je geen rekening moet houden met het literair genre van de tekst of de omstandigheden waaronder de tekst op papier werd gezet.

In het eerste boek van de Bijbel lezen we inderdaad over een sprekende slang. De slang was in de oosterse wereld orakeldier en levensdier.

Orakeldier

 Eerst even iets over de slang als orakeldier. De slang werd met de onderwereld in verband gebracht. In het Oude Egypte werd de farao altijd met de kop van een cobra afgebeeld. De slang was een heilig dier. In alle orakelplaatsen was in de oosterse wereld meestal een slang aanwezig. In Kanaän was de cultus van de slang  trouwens zeer geliefd. Een  priesteres zat in genoemde orakelplaatsen  boven een kloof waaruit giftige dampen opstegen. Daardoor werd zij bedwelmd. De priesteres ging vreemd spreken. Vervolgens  geloofde  men dat zij in verbinding stond met de geesten uit de  onderwereld. Daardoor kon zij ook de toekomst voorspellen en gaf zij een advies aan vorsten  en veldheren. Men noemde dit een orakel. En de slang was een orakeldier. Met behulp van dit beest kon men de toekomst voorspellen. Dat geloofden velen. Het Hebreeuwse  woord voor slang ‘ nachasj’  hangt ook samen met voorspellen. In Israël was  deze slangencultus verboden:”Gij zult u niet wenden tot de geesten van doden of tot waarzeggende geesten. Ge zult hen niet zoeken,om u met hen te verontreinigen (Lev. 19:31). God had Israël de Tora gegeven. Dat was het Woord van de sprekende God. Naar die stem  moest Israël luisteren en daaraan  moest Israël zich houden. Niet de stem van de onderwereld, maar de stem van de levende God. De stem van de slang spreekt leugen. De stem van God waarheid.

Levensdier

De slang was in de oosterse wereld niet alleen een orakeldier, maar ook een levensdier. Om de zoveel jaar  vervelde de huid van de slang. Hij legde zijn oude huid af en onder die oude huid was inmiddels  al een nieuwe huid zichtbaar. Het leek alsof hij vernieuwd weer voortleefde. Hij had een nieuw uiterlijk gekregen. De aesculaap op de voorruit van de dokter herinnert ons nog aan die betekenis. Je kon het beeld van de slang positief en ook negatief uitleggen.  De slang was aan de ene kant de verleidelijke macht die dood en verderf bracht; aan de andere kant ook de bron van vernieuwd leven. Ik vermoed dat  voor Israël  later dit de reden was dat het volk offers ging brengen aan de koperen slang die Mozes had gemaakt. Het bleef echter toch een afgodendienst. Daarom heeft koning Hizkia van Juda die slang ook later stuk geslagen (II Koningen 18:4). Het volk was in de tijd van Hizkia gewoon wierook te branden voor het beeld van de koperen slang. Hizkia laat het beeld kapot slaan, want hij vertrouwde op de God van Israël (2 Kon.18:5a). Hizkia moest niets van magie rond Nehustan hebben. Zijn hart was bij de HERE de God van Israël!

Draken

In de voortgang van de geschiedenis van Gods heilsopenbaring wordt de slang symbool van  de antigoddelijke  satanische machten. In het laatste Bijbelboek wordt hij zelfs uitvergroot tot een gevaarlijke draak. Hij zet alles op alles om de kerk te verslinden. In Openbaring 12 : 1 wordt de kerk symbolisch voorgesteld als een vrouw die in verwachting is. De draak staat voor die vrouw om het Kind dat geboren wordt uit deze vrouw te verslinden. Met dat Kind wordt de Messias bedoeld. In Openb. 12: 9 en 20:2 heet de duivel de oude slang, waarmee wordt terugverwezen naar Genesis 3 “En de grote draak werd op aarde geworpen, de oude slang, die genaamd wordt de duivel en de satan, die de gehele wereld verleidt”

Profetische geschiedenis

Genesis 2 – 4 schrijft geschiedenis. De mens is geen slachtoffer. Dat is wel het geval in het Babylonische scheppingsverhaal. Hij is in  zonde gevallen. Hij heeft zich laten verleiden door de slang en staat schuldig voor zijn Schepper. Het is profetische geschiedschrijving. Geschreven in het symbolische taalkleed waarvan profeten zich bedienen om hun getuigenis te  geven. Trouwens ook wij kunnen vandaag  als schepselen alleen in schepselmatige taal over onze Schepper spreken en getuigen. De slang spreekt nog steeds. We hoeven alleen maar aan de propagandaminister van het Nazi-Duitsland te denken. Het was de stem uit de afgrond.