A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Babel / stad


Babylon en Babel/Babylonië worden vaak door elkaar gehaald. 

Zie ook Babels religie en Babylon

NB!

Babylon ligt in het vroegere Mesopotamië. Veel meer tekst en foto’s vindt u onder Mesopotamië/ Talen, Mesopotamië/Wonen en Mesopoamië/ Religie.

Babylon is een stad en is vele eeuwen ouder dan het land Babel of Babylonië van Nebukadnezar. Het Babylon van Hammoerabi (die meer dan 1000 jaar eerder leefde dan Nebukadnezar) is een veel oudere stad dan die waarmee de Joden in aanraking kwamen.

Diepe wortels

Hier hebben de Sumeriers het spijkerschrift, de sterrenkunde en de bouw van tegels uitgevonden. Hier heeft Hanmmoerabi zijn wetten uitgevaardigd.

Hier heeft zich de politieke wereldmacht Assyrie ontwikkeld

Hier heeft Belsazar het Menetekel, de vurige letters op de wand gezien. Hier stond Herodotus voor het wereldwonder, symbool van mensenlijk macht.

Boven op de toren stond de tempel van Mardoek. Herodotus beschrijft ook 150 jaar later het afschuwelijk gebruik in deze stad. De meisjes moesten op het tempelplein gehurkt gaan zitten tussen de gangpaden. Ze waren in dienst van Mardoek, wachtend op vreemde bezoekers. Daar lielpen de vreemdelingen langs en gaven haar een geldstuk en kozen dan een meisje uit. De vreemdeling mocht haar meenemen in de tempel en had het :jus primae noctis" De vreemdeling mocht Mardoek vertegenwoordigen.

Het was een vruchtbaarheidsritus die in veel steden (ook Sodom en Gomorra) werd beoefend.

De tijd van Hammurai (1711-1669 vóór Chr. ) behoort tot de Oud-Babylonische geschiedenis en de periode van Nebukadnezar (605-562 vóór Chr. ) tot de Nieuw-Babylonische geschiedenis.

Babylon was trouwens ook een tijd lang de hoofdstad van de Assyrië.

Hammurabi

Indertijd wilde Hammurabi (ongeveer 1760 voor Chr.) de stad Hit inlijven. Dat was de grensstad van oostelijke Syrië waar Zimrilim als koning resideerde in Mari

Na veel diplomatiek verkeer heeft hij deze stad toch ingenomen. Wat was er nou zo bijzonder aan  de stad Hit?

Pek en teer 

Alleen bij deze stad aan de Eufraat waren er bronnen van pek en teer. En ze zijn er nog steeds. Ze waren toen net zo belangrijk als vandaag de olie. 

Hammoerabi had ze nodig  voor de bouw van schepen. In tegenstelling tot Syrië waar het transport van goederen altijd met  bepakte ezels door de woestijn plaats vond (kamelen kwamen eeuwen later) moest het zuiden van Babelonië met zijn vele rivieren en kanalen voor irrigatie het meer hebben van de scheepvaart.

En bij het bouwen van schepen heb je pek nodig. Net zoals de moeder van Mozes haar kind legde in een biezen kistje en bestreek met pek en teer (Ex. 2:3).

Dit pek werd trouwens ook gebruikt bij de Toren van Babel (Gen 11:3). Daar is het woord vertaald met asfalt.

Nebukadnezar die bewust de renaissance van het Hammoerabi-tijdperk nastreefde, had zelfs een museum ingesteld waar hij de voorwerpen uit de tijd van Hammoerabi tentoonstelde.

Hammoerabi was de man van het bekende wetboek, dat zo beroemd is. Op zijn beurt heeft Saddam Hoessein alles in het werk gesteld om het Babylon van Nebukadnezar in oude luister te herstellen.

Nebukadnezar

Babylon is uit de bijbel bekend omdat koning Nebukadnezar  de bevolking van het tweestammenrijk (Juda en Benjamin) in ballingschap naar Babel heeft weggevoerd.(Ezra 2:1). De naam 'Joden" komt van de stam Juda

Deze koning regeerde  over een koninkrijk dat zich uitstrekte van de grenzen van Egypte tot diep in het huidige Iran.

In het jaar 587 nam hij Jeruzalem in en verwoestte hij  de tempel van Salomo. Daarvoor had hij koning Jojachin en de elite van Juda al weggevoerd. De Joden zijn ruim vijftig jaar in Babylonische ballingschap gebleven.

Toen  het rijk van Nebukadnezar door de Perzen werd veroverd verleende de eerste Perzische koning, Cyrus, de Joden toestemming om terug te keren naar Jeruzalem.

Hangende tuinen

Nebukadnezar liet Babylon verfraaien met de beroemde hangende tuinen en er verschenen  tientallen imposante paleizen en tempels.

De fameuze hangende tuinen bestonden eigenlijk uit terrassen en balkons, volgestort met aarde. Ze werden rond het jaar 600 voor Christus aangelegd; dus 13 jaar voor de wegvoering  van het tienstammenrijk naar Babel.

Nebukadnezar wilde daarmee één van zijn vrouwen een plezier doen. Ze was een Medische prinses en ze kwijnde in het dorre, vlakke Babylon weg en smachtte dagelijks naar de weelderige natuur van haar bergachtig vaderland.

Nebukadnezar liet daarom een kunstmatige berg opwerpen waarop exotische planten werden aangebracht.

Het totaal was 122 meter hoog en had vijf door bogen gesteunde terrassen, allemaal beplant met gras en bomen. 

Het geheel werd bewaterd door een pompinstallatie die door slaven en ossen dag en nacht werd aangedreven. 

 

De Isjtarpoort

Om een indruk te krijgen van het grootse Babylon van Nebukadnezar kun je het beste het wereldberoemde Pergamonmuseum in Oost-Berlijn bezoeken.

Daar bevindt zich één van de meest spectaculaire museumstukken uit het oude Mesopotamië: de Isjtar-poort.

 

Wij waren er een jaar ná de 'Wende' van 1989. Het museum was toen nog  zeer gehavend.  Dwalend van zaal tot zaal ziet men zich onverwacht geplaatst voor een hoogoprijzende poort.

Ze valt op door zijn hemelsblauwe felle kleur, waartegen okerkleurige reliëfs zijn aangebracht. Het zijn voorstellingen van stieren en draken.

Met duizenden brokstukken die men vanuit Babylon naar Berlijn had gezonden, is deze poort gereconstrueerd.

De poort is massief gebouwd met behulp van ongebrande bakstenen. Daar omheen bevindt zich een laag van gebrande bakstenen, bedekt met een laag geglazuurd emaille door een techniek zó kunstig, dat de glans na 25 eeuwen niet verdonkerd is.

Het is zo ontroerend deze poort te zien, want je beseft inééns dat door deze poort in 597 vóór  Christus koning Jojachin, de profeet Ezechiël en de elite van Jeruzalem als krijgsgevangenen en gijzelaars in triomftocht door Nebukadnezar Babylon zijn binnengebracht.

We komen met Daniël diep onder de indruk van de macht en glorie van Nebukadnezar.

Daniël aan het Babylonische hof

Eén van de ballingen die Nebukadnezar uit Juda wegvoerde was Daniël. 

Hij had drie vrienden. Deze vier Joden krijgen een zeer bevoorrechte positie en een eersteklas opvoeding aan het hof (Dan 1:5) Sadrach, Mesach en Abednego

Daniël krijgt de opdracht de droom van Nebukadnezar uit te leggen.

Als je de Isjtarpoort in het Pergamonmusum hebt gezien, kun je je voorstellen dat Daniël diep onder de indruk was van de macht en glorie van Nebukadnezar: Gij o koning, koning der koningen, wien de God des hemels het koningschap, macht, sterkte en eer geschonken heeft en dien Hij tot heerser over alle mensenkinderen heeft gemaakt – Gij zijt dat gouden hoofd (Dan. 2:38)

 

Het Babylon van Saddam Hoessein

Het idee om Babylon te herbouwen lanceerde Saddam Hoessein aan het einde van de jaren zeventig. Aanleiding vormde de weigering van de toenmalige Oostduitse overheid om de beroemde Isjtarpoort aan Bagdad terug te geven.

Deze poort vormde een onderdeel van de stadsmuur die Nebukadnezar liet bouwen. De hele poort werd in de 19e eeuw door de Turkse sultan Abdoel Hamid II aan zijn vriend de Duitse keizer geschonken.

Toen Saddam Hoessein vernam dat de Duitsers weigerden dit monument terug te geven, besloot hij Babylon zelf te herbouwen, grootser dan voorheen. De Unesco weigerde echter het project financieel te steunen omdat de persoonsverheerlijking van Saddam zo'n grote rol speelde.

Zo heeft hij in de grote toegangspoort naast de originele beeltenis van Nebukadnezar een afbeelding van zichzelf laten aanbrengen. Overal langs de wegen zag je plakkaten en affiches met Saddam en Nebukadnezar broederlijk naast elkaar afgebeeld.

In 1987 liet Saddam ter gelegenheid van een cultureel festival zelfs een gedenkmunt slaan met deze twee heersers samen.

 


[1] Ezra 2:1 De tien stammen waren al weggevoerd naar Assyrië.  De twee stammen die terugkeerden naar Jeruzalem waren de stammen van Juda en Benjamin. De Joden zijn genoemd naar de stam van Juda.

[2] Daniël 1:5.  Ze krijgen ook andere namen. Daniël krijgt de naam Beltsazar en zijn drie vrienden krijgen de namen Sadrach, Mesach en Abednego.

[3] Daniël 2: 38