A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Jesaja en Jezus


Jesaja en Jezus

(Een christelijke lezing van Jesaja)

Dode Zeerol van Jesaja

Prof. dr.J.Dekker werd op 1 oktober 2014 verbonden als bijzonder hboogleraar aan de Henk de Jong-leerstoel vanuit de Nederlands-GCereformeerde predikantenopleiding aan de theologische Universiteit van de christelijke Gereformeerde  Kerken in Nederland  te Apeldoorn.

Knecht van de Heer

In de inaugurele oratie van Dr. Jaap Dekker  hoorden we hem zeggen: Jesaja doelde op Jezus in de hoofdstukken 6 en 53,  In Jesaja 6 lezen we in het roepingvisioen van Jesaja over  de hoogheid, de heiligheid en verhevenheid van het koningschap van God.  Dat koningschap hangt nauw samen met de persoon en het werk van de ‘lijdende Knecht van de Heer’ in Jesaja 53,(Ebed Jahwèh). Zijn oratie ging over de identiteit van die  geheimzinnige  knecht vanJahwèh. Met wie moeten we hem identificeren? Niemand anders dan Jezus kan daarmee bedoeld zijn. Zie Ebed Jahwèh

 God is  koning door de knecht van de Heer, die zich als een schaap liet slachten. Het gaat om een christelijke  uitleg van Jesaja die vasthoudt aan de eenheid van het Oude en het Nieuwe Testament. Dekker vergeleek de theologie van Jesaja met die van Johannes. Wat Jesaja zegt van de glorie van God, zegt Jezus in het Johannes evangelie over de heerlijkheid van zijn hemelse vader. Jesaja doelde op Jezus.  Vele uitleggers willen dat niet geloven. Hun ontgaat de diepe eenheid van het Oude en Nieuwe Testament. Zij verklaren Jezus alleen uit het Jodendom

Christotelisch en  niet christocentrisch

Dat betekent niet dat we elke ekst in het Oude Testament christocentrisch moeten verstaan. Dat leidt tot biblicisme en fundamentalisme. Dan doen we geen recht aan de tekst. Dekker gebruikt liever het woord christotelisch.  Christus is  de telos, het doel en de bedoeling van het boek Jesaja.. Ook Jesaja 53 doelt op Jezus.  .Van de knecht des Heren worden dingen gezegd die ook van God gezegd worden;

Niet Isaël

Die teksten kunnen niet op het volk Israël slaan zoals vaak gesuggereerd wordt. De identiteit van de kinecht van de Heer moeten we niet in Israël zoeken. In Jesaja 6 gaat het over de duizelingwekkende hoogheid en heiligheid van God als koning!  In Jesaja 53 gaat het over de knecht van de Heer en Gods duizelingwekkende genade. Jesaja 6 en53 horen bij elkaar.  Het koningschap van de Heilige God is verbonden met de Lijdende Knecht van Jesaja 53. Vaak wordt de lijdende knecht vereenzelvigd met Iaraël en met het volk in ballingschap. Dat is niet terecht.

Twee adressen

In Jesaja 57 lezen we dat God woont op twee adressen “In de hoge en het heilige woon ik en bij de verbrijzelde van. geest.” Die verbrijzelde van geest is allereerst de Knecht van de Heer, (Knecht des Heren)die zich als een lam laat slachten. En vervolgens ook bij de ootmoedigen en nederigen van geest.Maar  allereerst is de lijdende Knecht des Heren bedoeld. In Jes 53 gaat over het lam, dat zich laat slachten en niet protesteert.” God is koning der koningen via de bemiddeling van het Lam” God wil nooit iets doen buiten het Lam om en God de Vader zal nooit iets doen biten God de Zoon om.

Staande als geslacht.

Die boodschap komt weer terug in het boek Openbaring. In het visioen dat God dat Johannes  krijgt, ziet hij een Lam, staande als geslacht. Het lam is geslacht, maar het stáát, Dat betekent dat de overwinning aan het Lam is.God is koning via het het  schuldbedekkende offer vvan het Lam. Ik citeer nu eerst een tekstgedeelte dat ons de hoge verhevenheid van de heilige God weergeeft en daarna de tekst vanJesaja 53 waar we lezen over de lijdende knecht die zich aols een lam laat  slachten. Daarna Jes 57 waar de hoogheid van de nederigheid van God weer samenkomen

Jesaja 6

In het sterfjaar van koning Uzzia zag ik de Heer, gezeten op een hoogverheven troon. De zoom van zijn mantel vulde de hele tempel. 2 Boven hem stonden serafs. Elk van hen had zes vleugels, twee om het gezicht en twee om het onderlichaam te bedekken, en twee om mee te vliegen. 3 Zij riepen elkaar toe: ‘Heilig, heilig, heilig is de HEER van de hemelse machten. Heel de aarde is vervuld van zijn majesteit.’ 4 Door het luide roepen schudden de deurpinnen in de dorpels, en de tempel vulde zich met rook. 5 Ik schreeuwde het uit: ‘Wee mij! Ik moet zwijgen, want ik ben een mens met onreine lippen, en ik leef te midden van een volk dat onreine lippen heeft. En nu heb ik met eigen ogen de koning, de HEER van de hemelse machten, gezien.’ 6 Toen nam een van de serafs met een tang een gloeiende kool van het altaar en vloog daarmee op mij af. 7 Hij raakte mijn mond ermee aan en zei: ‘Nu zijn je lippen gereinigd. Je schuld is geweken, je zonden zijn tenietgedaan.’

Jesaja 53

hij was het die onze ziekten droeg,

die ons lijden op zich nam.

Wij echter zagen hem als een verstoteling,

door God geslagen en vernederd.

5 Om onze zonden werd hij doorboord,

om onze wandaden gebroken.

Voor ons welzijn werd hij getuchtigd,

zijn striemen brachten ons genezing.

6 Wij dwaalden rond als schapen,

ieder zocht zijn eigen weg;

maar de wandaden van ons allen

liet de HEER op hem neerkomen.

7 Hij werd mishandeld, maar verzette zich niet

en deed zijn mond niet open.

Als een schaap dat naar de slacht wordt geleid,

als een ooi die stil is bij haar scheerders

deed hij zijn mond niet open.

8 Door een onrechtvaardig vonnis werd hij weggenomen

------------------------------------------------------.

Hiermee doelt Jesaja op  Jezus. En weet u wat nu zo opvallend is? In de bewoordingen van de verhoging van de lijdende knecht komen we uitdrukkingen tegen die ontleend zijn aan de hoog verheven troon van het tempelvisioen van Jesaja 6. Er zijn ook andere teksten  die Jes. 6 en Jesaja 53 met elkaar verbinden. We moeten aannemen dat de identiteit van de lijdede knecht in Jezus gezocht moet worden. Hij is uiteindelijk het doel en de bedoeling van Jesaja.

.

Jesaja 57

In de hboge en in het verhevene woon ik en bij de vcerbrijzelde en verslagene van geest.

God woont op twee adreessen.Het eerste adres is de hoogheid en heiligheid van de hemel en het tweede adres isde verbrijzelde van geest.  Dit slaat allereerst op , op Jezus zelf de gekruisigde. De heilige en verheven God woont ook in Jezus in wie Hij mens is geworden en vervolgens ook in allen die met Hem zijn verbonden.