A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Bijbelse bevinding


 

Beleefd geloof

 

In een bijbelse bevinding (of: bevindelijkheid) gaat het om een doorlééfd geloof, om geloven met het hart. Bevindelijkheid is de verborgen omgang met God waarover de dichter van psalm 25 zulke treffende dingen zegt: Gods verborgen omgang vinden zielen waar zijn vrees in woont; 't heilgeheim wordt aan zijn vrinden naar zijn vreeverbond getoond. We ervaren allemaal een grote verkilling in onze samenleving.

 Is één van de oorzaken van die verkilling niet dat velen in onze tijd die verborgen omgang met God zijn kwijtgeraakt ? Is er in de kerk niet een groot gebrek aan bevindelijkheid ? Velen hebben geen vaste relatie met God meer. En daarover gaat het toch eigenlijk in psalm 25:7 "Des HEREN vertrouwelijke omgang is met wie Hem vrezen".

Persoonlijke omgang met God

Kenmerkend voor een christen is dat hij omgaat met God. Hij heeft met Hem als het ware vaste verkering. God heeft zich immers bekend gemaakt als de God van de omgang. Hij wil zo graag met mensen optrekken.

Hij is de God van het gesprek, van de tweespraak. Hij is de levende en levendige God die telkens weer het contact zoekt met mensen.

Hij wil aangeroepen en aangesproken worden. God is niet Iets, maar Iemand. Hij houdt zijn stille ommegangen door huizen en harten.

Des HEREN vertrouwelijke omgang is met wie Hem vrezen

Spinnewiel en hoepelrok?.

U vindt dit misschien een ouderwetse manier van zeggen, die wel past in de tijd van het spinnewiel en de hoepelrok, maar die je niet meer kunt gebruiken in onze moderne tijd van chips en pincode. Geldt dit ook niet van de uitdrukking "vreze des HEREN" ? Wellicht wordt die indruk gewekt door de uit-de-tijdse tweede-naamvalsvorm. De zaak waar het om gaat is echter van alle tijden.

 Het gaat om een Godservaring  waarvan de Bijbel vol is. Het gaat om de bijbelse bevinding. Omgaan met God is bidden en aanbidden, klagen en aanklagen, protesteren en zuchten. Bij de omgang met God zijn alle emoties betrokken. Is dit niet de grote geestelijke crisis van onze tijd dat die verborgen omgang met God zo weinig meer gevonden wordt ? Was het soms het monopolie van ons voorgeslacht ? We erven vandaag immers gemakkelijker grootvaders klok dan grootvaders vroomheid.

 

Oma Goldeweyn die had het 

 

In het boek van Ina Boudier-Bakker "De klop op de deur" wordt het leven van vier generaties in Amsterdam beschreven. We komen in contact met een zekere Frederik Craets. Deze voert een gesprek met zijn dochter Francine. Francine zegt tegen haar vader:"Oma Goldeweyn, die had het. Ik heb oma een keer zien bidden toen zij blind was en zij bij ons woonde en niet wist dat iemand haar zag of hoorde. Als klein kind heb ik toen beseft, dat dat iets heel machtigs was wat die arme blinde oma had, maar ik heb het verloren toen ik opgroeide. Want het werd bespot als je geloofde, het werd met redeneringen in je kapot gemaakt, je las "het gebed van een onwetende" en dat vond je prachtig, maar wat oma had, dat was levend. Oma Goldeweyn, die had het".

Hebben wij het nog wel ? We ervaren zo weinig meer Gods aanwezigheid en bezigheid in deze wereld.

Wij verplaatsen ons met de snelheid van het geluid en het nieuws bereikt ons met de snelheid van het licht, maar wij moderne mensen missen zo dikwijls het contact  God.

 Hebben wij nog wel ontzag voor God ? Hebben wij nog wel eerbied voor de Heilige ? We hebben de bevindelijkheid verloren. Maar zonder levende omgang met de levende God is het christelijke leven een lege huls, de kerk een kerkhof, de godsdienst steriel en het belijden een fossiel!

De vreze des HEREN

De gloeiende kern van de bijbelse bevinding is de Vreze des HEREN.

Deze uitdrukking treffen we telkens in de Bijbel aan. Wat is dat eigenlijk: de Vreze des HEREN ?

Deze term mag beslist niet in verband gebracht worden met het woord vrees, het bang zijn voor een dreigend gevaar of kwaad. Ook niet met het woord angst, met een grondervaring van de mens, waarbij niet een directe oorzaak kan worden aangegeven. Van oorsprong is deze vreze des Heren de ervaring van Gods openbaring aan Israël bij de berg Sinaï.

Dáár heeft de Heilige Israëls de beslissende woorden tot Israël gesproken. Dáár klonken de Tien ontzagwekkende woorden. En telkens wanneer in de synagogen de Schriften geopend worden, staat Israël opnieuw aan de voet van de Sinaï.