A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Soter-Heiland


Sotèr-Heiland

 

Magiers ujt het oosten

   

U is heden de Heiland geboren (Lucas 2:10)

Een typisch kenmerk van de Hellenistische cultuur is dat de koning vaak als redder, heiland, Zaligmaker werd beschouwd. Het kenmerkende woord hiervoor is sotèr. Je kunt zelfs zeggen dat de behoefte aan een echte ‘sotèr’ de weg geplaveid heeft voor de verkondiging van het evangelie. Lucas die geen jood was maar een echte Helleen, vertegenwoordiger van het Hellenisme, geeft de kerstboodschap weer met de woorden: ”U is heden de Sotèr, de Heiland, de Redder geboren (Lucas 2:11). Hiermee verbindt Lucas de heilsgeschiedenis met de wereldgeschiedenis. Koningen en keizers werden als echte sotèrs, redders en heilanden beschouwd. Maar ze vielen allemaal door de mand. Ze waren geen echte redders. Ze waren meestal machtswellustelingen. Ze vielen tegen.

Redder Asclepius

Daarom werd de titel ‘sotèr’ steeds meer en meer verschoven naar Asclepius, de god der geneeskunde. Hij zou de mensheid verlossen van ziekten, kwalen en de dood. Boven het terrein van Asclepius in Pergamum hing een bord met de woorden: “De toegang tot dit Asclepion is verboden voor de dood”. De bezoekers die in dit beroemde gezondheidscentrum overleden waren, werden daarom ook in het grootste geheim afgevoerd. Er vonden geen begrafenissen plaats. Asclepius was immers de heiland der wereld, hij was sotèr. Maar ook andere goden werden zo genoemd, bijvoorbeeld Sotèr Poseidon. Niet alleen Pergamum, ook Epidaurus en Kos waren gezondheidscentra van Asclepion. Duizenden kwamen naar deze plaatsen om door Asclepius verlost ter worden van ziekten en kwalen.

Heilandsgedachte

In heel het Romeinse rijk leefde de ‘heilandsgedachte’, het vurige verlangen naar een sotèr, een heiland en verlosser. Waar blijft de sotèr?  Wanneer komt de redder van deze wereld vol ellende? En nu is het uitgerekend de Helleen Lucas die het kerstevangelie weergeeft met deze woorden: “U is heden de Heiland, de sotèr geboren”.

Drie titels

De volledige boodschap is: “U is heden de Heiland geboren, Christus de Heer, in de stad van David”
Lucas verbindt de titels Heiland, Messias en Heer aan elkaar. De Heiland die u heden geboren is, is de beloofde en verwachte Messias. Hij is de Kurios, de Heer (Fil.2:9,10).

Lucas voegt er nog aan toe: ‘uit de stad van David’. Zo wordt het pasgeboren Kind verbonden met de Joodse Messiasverwachting en de Heilandgedachte van het Hellenisme. Wat de Sotèr brengt is soteria. Dit laatste woord ben ik vaak tegengekomen op Hellenistische grafstenenWat is soteria?

In het Archeologisch museum te Antakya (het Bijbelse Antiochië) bij de Syrische grens zag ik eens een schitterend vloermozaïek, dat een vrouw te zien geeft die er rijk gekleed en erg gezond uitziet. Mij trof dat met grote letters slechts één woord te zien was: het woord soteria. Het vloermozaïek is afkomstig uit Dafne, de luxueuze villastad van Antiochië uit Hand. 13. Ook nu vind ik Dafne nog een heerlijke plaats om te picknicken met al die watervallen! Men bedoelde vroeger blijkbaar te zeggen dat soteria bestaat uit heil, welzijn, weelde, rijkdom en gezondheid.

Sotèr geeft soteria

Jezus is onze sotèr! Jezus zelf zegt dan ook: "Want de Zoon des mensen is gekomen om het verlorene te zoeken en te redden"! Hij geeft ook welzijn, rijkdom en gezondheid aan de overzijde van het graf. In veruit de meeste teksten van het Nieuwe Testament, en vooral ook bij Paulus heeft het oord soteria, redding of behoud, betrekking op redding in het komende gericht. Behouden worden of gered worden betekent in de prediking van de apostel Paulus allereerst behouden worden van Gods toorn in de dag van het laatste oordeel. Behouden worden is dus allereerst op de toekomst gericht! In zijn verkondiging spreekt Paulus tot de heidenen om hun behoud (1 Thess. 2:16) en “allen ben ik alles geworden” (1 Cor. 9:22), om in elk geval enigen te redden.

Als Paulus erop uit trekt om het Evangelie te brengen, doet hij dit niet om zieltjes te winnen of om leden te werven, zoals soms wel eens smalend gezegd wordt, maar juist om mensen te redden van een eeuwig verderf. Het is hem te doen om hun soteria. Zij die deze prediking beantwoorden met geloof gaan dan ook behoren tot "hen, die gered worden" (Hand. 2:47, 2 Cor. 2:15).

Begrip toorn verdwenen

Tegenwoordig wordt vaak de klemtoon heel anders gelegd in het zendingswerk. Namelijk op de sjalomgedachte. We moeten de mensen soteria brengen, heil, vrede, welzijn en bovendien de aarde bewoonbaar maken en is het begrip toorn verdwenen. Toch kun je er niet onderuit dat gered worden van de komende toorn een essentieel element is in de verkondiging. Zie ook Rom. 5:9 en 8:24.

Jezus redt

Op het dak van een boerderij in de Alblasserwaard staan de woorden Jezus redt. Er schijnt ook een politieke partij te zijn die zo heet. De grote vraag is natuurlijk: “waarvan redt Jezus?” Uit het Nieuwe Testament blijkt dat die redding allereerst eschatologisch is bepaald, dat wil zeggen dat ze betrekking heeft op het eindoordeel. Jezus redt ons van Gods toorn in het eindgericht, schrijft Paulus aan de Tessalonicenzen. Hij is zelf plaatsvervangend voor ons door dat gericht heengegaan. De bliksem van Gods toorn over de smeerlapperij van ons mensen is in Hem ingeslagen en nu zijn wij bij voorbaat gered. Wij hebben nu al deel aan de soteria.