A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Israel/Beloofd land 3


 

 

 

Luchtfoto  van Jeruzalem(Jeroesjalajim)

 

Zo moeten we het ons voorstellen als de pelgrims naar Jeruzalem optrokken. De grote brede trappen naar de beide Hulda poorten van de tempel was de ontmoetingsplaats van Farizeeen en de Joden. Ook de 12 jarige Jezus zal waarschiijnlijk hier gezeten hebben

 

 

 

Als je naar de geschiedenis van het volk van Israël kijkt, lijkt het alsof er niets van die belofte is terecht gekomen. Dat geldt natuurlijk in de eerste plaats voor het tienstammenrijk waarvan Samaria de hoofdstad was. Die stammen zijn weggevoerd naar Assyrië en helemaal opgelost  in de volkerenwereld.

 

 Stammen: geestelijk

 

Matt.19 : 28 moeten we mijns inziens geestelijk verstaan. Ik neem daarom aan dat je die belofte ook geestelijk moet verstaan. God heeft zijn volk een plek beloofd waar Hij zelf voor eeuwig wil wonen: de nieuwe aarde. Van het begin geeft de Bijbel daar ook alle aanleiding toe. Als we gaan letten op de grenzen van het beloofde land, doen we een merkwaardige ontdekking. Nadat de Here God Abraham geroepen had uit Ur der Chaldeeën, naar ‘het land dat ik u wijzen zal’ horen we Hem  eerst kort (Gen. 12;7) en daarna uitvoerig van de landbelofte gewagen (Gen.13:14 en 15).

 

 

 In Sichem

 

Abraham bevindt zich dan met zijn familie in Sichem. De Heer zegt daar tegen Abraham:”Kijk nu eens goed om je heen Abraham, vanaf de plek waar je nu bent, naar het Zuiden, Noorden Oosten en Westen, want het gehele land dat  je nu zie t zal ik aan jou en je nageslacht geven voor altijd. Wat ons hier opvalt, is de grenzenloosheid van de landbelofte. Die is onbegrensd in plaats en onbegrensd in tijd. Noordwaarts en zuidwaarts geven namelijk geen grenzen aan maar slechts richtingen. En het woordje ‘ altoos’ duidt op onbegrensde tijd.

In Genesis 15 : 18  worden de landsgrenzen van het beloofde land nog verder uitgerekt:”Aan uw nageslacht zal ik dit land geven van de Rivier de Eufraat tot de rivier van Egypte”.Ook in andere teksten in Genesis komen de landsgrenzen van de landbelofte onder een grote uitwaartse druk te staan.

 

 

 Jakobs droom in Betel

 

Jakob krijgt in Betel in  een droom de landbelofte opnieuw toegezegd.

Het land waarop jij nu ligt te slapen zal ik jou en je nageslacht  gevan. Je zult zoveel nageslacht krijgen als er stof op aarde is. Je gebied zal zich naar alle kanten uitbreiden (Gen 28:13).Het landbezit in de toekomst zal onvoldoende zijn om het volk van God te huisvesten. Het nageslacht van Jakob krijgt hier niet minder dan de aarde onder de voeten geschoven. Het gaat hier niet zo zeer m het bezit als om het vruchtgebruik van het land.

De kinderen van Abraham zullen de aarde beërven.

 

 

 KInderen van Abraham:ook wij

 

Ook wij als christenen zijn volgens de apostel kinderen van Abraham. Wat betekent dit nu? Het betekent dat we de landbelofte geestelijk moeten verstaan. Er tekent zich in Genesis een ontwikkelingslijn af: land dringt naar aarde. De landbelofte begint  in Kanaän en eindigt op de nieuwe aarde. Net zo goed als we geloven in het Nieuw Jeruzalem, geloven we dat het nieuwe Kanaän er zeker zal komen.

 Het is onhistorisch en kortzichtig de landbelofte uitsluitend op Israël te betrekken. De landbelofte moeten we in geestelijke zin verstaan. Ze heeft een geestelijke meerwaarde. Daarvan getuigt  dit lied:

Er is een land van louter licht waar heilgen heersers zijn. Nooit gaat de gouden dag daar dicht in duisternis of pijn.(Gez.290 :1) 

Tweevoudige ontwikkeling 

Naast die ene beweging van land naar aarde en wereld zien we in de Bijbel nog een andere beweging, namelijk die van het land naar de berg Sion in Jeruzalem. Zo lezen we in psalm 87 De Here heeft Sions poorten lief, boven alle woningen van Jakob. Vanuit Jeruzalem, vanuit de berg Sion waar de dienst der verzoening plaatsvindt, begon de landbelofte de wereld te beschijnen. Volgens het profetisch visioen wordt de hele wereld beloofd land vanuit Jeruzalem met zijn tempel en zijn messiaanse koning. Tempel en troon in Jeruzalem vormen een geestelijke eenheid. Psalm 72 past de oude aartsvaderlijke belofte:’in u zullen alle geslachten der aarde zich gezegend mogen weten “(Gen. 22:18) op de in Jeruzalem zetelende messiaanse koning toe”Mogen alle volken zich in Hem gezegend weten (vers 17b.)Zijn heerschappij gaat niet slechts over één land, maar van zee tot zee, van de rivier tot de einden der aarde zal Hij regeren. Zijn koningschap is een koningschap waaronder de armen de verdrukten  bescherming vinden.(Psalm 72) Jeruzalem was daarin het centrum. Dat is de stad van tempel en grote Koning.  Die stad is een vreugde voor de gehele aarde (Ps 48 :3) . Het kan niet anders of bij deze koning moeten wij denken aan Jezus Christus. Niet langer is nu Jeruzalem concentratiepunt en brugggenhoofd van de toekomst der wereld. Dat is voortaan de opgestane Heer, de levende Paasvorst.