A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Koningen van Israel


Op alle zuilen, sarcofagen en in alle papyri worden de Farao's  gehuldigd als heilbrengers

Over alle koningen van Egypte wordt telkens weer de loftrompet gestoken

Het bewind van de Farao's wordt geschilderd als een zegenrijke regiem van Re, de zonnegod

Bij faraos geen profetische kritiek

Elk spoor van profetische kritiek ontbreekt echter

Hoe totaal anders is de geschiedschrijving van de koningen van Israël!

Telkens lezen we dat zij deden wat kwáád was in de ogen des Heren.

Koning Achaz maakt het wel heel bont (II Kron. 28). Hij  sloot de tempeldeuren

Koning Achab voerde de afgodendienst in

Achab bouwde wel een schitterend ivoren paleis in Samaria.  Zeer indrukwekkend.

De geschiedschrijver van Israël zwijgt daarover.  Hij wil niet imponeren

Hij wil het volk niet onder indruk brengen van de macht van Israëls  koningen.

Als je daarover méér wilt weten moet je andere bronnen raadplegen (1 Kon. 22,39)

Bijbelse geschiedschrijving

Bijbelse geschiedschrijving wil oproepen tot geloof en bekering. Wil waarschuwen

Ze gaat van andere selectiemaatstaven uit

We lezen niets over Achab's ivoren paleis, wel over zijn goddeloze vrouw Izebel

Izebel heeft Achab tot de afgodendienst verleid.

Met de verwijzing naar Izebel wil de schrijver ons waarschuwen

De geschiedschrijving van de Farao's is erg statisch

De koningen van Egypte worden altijd weer hemelhoog geprezen

In de beschrijving van de geschiedenis van Israëls koningen is de belangrijkste vraag

Hoe is de relatie met God?

Hoe was hun verhouding tot God?

Deden zij wat goed was in de ogen des Heren, zoals Hizkia de zoon van Achaz?

Hizkia opent weer de deuren van de tempel. (II Kron. 29)

Hij herstelt de dienst der verzoening