A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Was het nu Annas of Kajafas?


 

 12 edelstenen; 12 stammen

Afbeeldingen van de hogepriester met efod, edelstenen voorstellende de twaalf stammen van Israel 

De hogepriester was altijd de voorzitter van het Sanhedrin.Hij had dus veel invloed, maar hij bekleedde deze functie bij de gratie van de Romeinse overheid.

 

Deze kon hem zelfs afzetten. Dat is ook gebeurd met Annas.Hij voldeed helemaal niet aan de wensen van de Romeinen en daarom werd in zijn plaats  Kajafas benoemd.

 Dat namen de Joden natuurlijk niet. Kajafas was de schoonzoon van Annas.Dat was hij ook tijdens het proces van Jezus onder Pontius Pilatus. Johannes vermeldt dit ook opzettelijk: Kajafas was dat jaar hogepriester (Joh.18:13)

Maar waarom brachten de Joodse gerechtsdienaars na de arrestatie van Jezus Hem niet direct naar Kajafas, maar naar zijn schoonvader Annas? 

Johannes zal zich zeker hier niet vergist hebben.

Hij is de enige leerling van Jezus die van meetaf aan het hele proces tegen Jezus in het hogepriesterlijk paleis heeft bijgewoond.

Hij was immers een bekende van de hogepriester (Joh.18: 15) die hem toestond het proces bij te wonen.

 En nu is het opvallend dat niet Kajafas, maar zijn schoonvader Annas Jezus een interview afneemt en Hem ondervraagt over zijn leerlingen en over zijn leer (Joh. 18: 19)

 

Gedwongen emeritaat.

Hoe zit dat nu precies? Wel, voor de Joden (en voor Johannes) was Annas nog altijd de wettige hogepriester.

Ook na zijn gedwongen emeritaat behield hij zijn ambtstitel en de daarbij behorende status als hogepriester. Hij had nog steeds grote invloed, ook op zijn schoonzoon Kajafas.

Omdat de Joden Annas nog steeds beschouwden als de hoogste autoriteit, stuurden ze Jezus eerst naar hem toe.Maar hij velt geen oordeel.

Dat mag en kan hij  ook niet doen, maar hij mag Jezus wel ondervragen.

En dat doet hij dan ook. Hij zal benieuwd geweest zijn of Jezus een of andere verzetsgroep vertegenwoordigde.Of hij de leider was van een geheim genootschap.

Op de vraag van Annas antwoordt Jezus dat Hij altijd in grote openheid tot een groot publiek heeft gesproken. Zijn boodschap had niets geheimzinnigs (Joh.18:20).

Eifgenlijke hogepriester Kajafas

Annas ondervroeg Jezus, maar de eigenlijke rechterlijke uitspraak kwam van Kajafas. Daarover berichten de andere evangelisten uitvoerig.